In 2013 is het 150 jaar geleden dat Louis Couperus geboren werd, aan de Haagse Mauritskade. Reden voor allerlei grote herdenkingen, waarvan een der eerste is: een tentoonstelling over de prille jeugd van de schrijver. De expositie heeft 3 uitgangspunten:
Wat gebeurde er in Den Haag in die tijd, hoe was de familie Couperus daarbij betrokken, en vooral: hoe herinnert een schrijver zich zijn prille jeugd in die stad? Vanaf 1860 werden het Willemspark en de Archipelbuurt aangelegd, de wijken waar Couperus woonde en waar zoveel personages uit zijn boeken ronddwalen. Nieuwbouwwijken dus. In Couperus’ geboortejaar was het precies vijftig jaar geleden dat het koninkrijk der Nederlanden werd gesticht. Ter herdenking van dit feit zou het monument op Plein 1813 worden opgericht. Een oom van Louis: George Gerard Couperus (1819-1876), een jongere broer van zijn vader, was een van de drie vice-presidenten in de hoofdcommissie van de onthulling van het monument, die uiteindelijk plaats vond op 17 november 1869. Op de tentoonstelling zijn een maquette van het monument en prenten van de onthulling ervan te zien.
Louis Couperus kwam uit een illustere familie. Aan alle kanten werd hij omringd door hoge ambtenaren uit het ‘BB’, het Binnenlands Bestuur, dat wilde zeggen: het koloniale bewind van Nederlands-Indië. Zijn grootvader van moeders kant, Johan Cornelis Reijnst (1798-1871), was zelfs plaatsvervangend Gouverneur-Generaal van de kolonie geweest. Wie waren deze mensen, hoe zagen ze eruit, waar woonden ze?
Op deze expositie wordt er voor het eerst aandacht besteed aan de persoon van Couperus’ vader, John Ricus Couperus. John Ricus (1816-1902) was in 1863 gepensioneerd raadsheer in het Hoog Gerechtshof en lid van het Hoog Militair Gerechtshof van Nederlands-Indië. Daarnaast was het een muzisch man, die zijn jongste zoontje Louis op speelse wijze Latijn en Engels leerde. Hij schreef zijn memoires voor zijn kinderen en hij componeerde graag, ter gelegenheid van een verjaardag in de familie, of simpelweg als de griep rondwaarde. Zo zijn er onder andere een Rêverie d’un Grandpère en een Influenza Walse van zijn hand bewaard gebleven. Het Louis Couperus Museum besteedt extra aandacht aan de artistieke kant van John Ricus Couperus en hoopt een concertje te kunnen organiseren van zijn composities.
De tentoonstelling en de bijbehorende publicatie werden samengesteld door Frans van der Linden. Het 'tableau mort' in de serre van baby Couperus met zijn kindermeid Caroline werd opgesteld door Leo van den Akker.
De tentoonstelling werd gefinancierd uit de opbrengsten van de Isaac Israelszomer.